Cremer Museum

In de wijk Roombeek te Enschede, dat destijds hard is getroffen door de Vuurwerkramp, wordt een heus museumkwartier ontwikkeld. Woningcorporatie De Woonplaats besloot het voormalige Balengebouw een nieuwe bestemming te geven: het Cremer Museum. Om alle functies te kunnen onderbrengen is, vanwege de lage plafondhoogtes, het gebouw onderkelderd, een hoge tussenverdieping gecreëerd door het vijzelen en een verhoogd dak aangebracht. Naast het gebouw wordt een nieuwbouwgedeelte geplaatst. Pieters Bouwtechniek Utrecht maakte in nauwe samenwerking met Architectenbureau SeARCH en Rem Koolhaas het constructieve ontwerp.

De bestaande constructie bestaat uit een skelet van gietijzeren kolommen en stalen vloerliggers. Tussen de stalen liggers zijn getoogde betonvloeren gestort. De gevel bestaat uit dragend metselwerk. Het gebouw is middels gemetselde poeren en stroken op 'staal' gefundeerd. In het nieuwe ontwerp komt onder het gebouw een nieuwe betonnen kelder welke op stalen buispalen is gefundeerd. Hierop steunen ook de vijzels tijdens het omhoogbrengen af. In de tussenstrook die door het vijzelen ontstaat komt rondom in de gevel een stalen 'Vierendeel'-constructie te staan. Voor de staalconstructie langs, komt een glasstrook welke de verdieping een open karakter geeft.