KWR Nieuwegein


Betrokken partijen

Constructie adviseur:

Pieters Bouwtechniek

Opdrachtgever:

KWH Water bv

Architect:

Architectenbureau Cepezed

Projectdata

Start ontwerp - Oplevering:

2012 - 2014

Omvang:

6100 m2 BVO

Locatie:

Nieuwegein

Beeldmateriaal:

Exterieur: Jannes Linders, Interieur: Lucas van der Wee | cepezed

Het hoofdkwartier van het Watercycle Research Institute in Nieuwegein is in gebruik genomen in 2015. Met beglazing van de vloer tot aan de dakranden opent het gebouw van twee verdiepingen zich naar het omringende landschap, terwijl een doorlopende veranda vijftig centimeter boven de grond de illusie creëert dat het gebouw zweeft. Het uitkragende glazen dak overschaduwt de gevels en definieert de bovenrand van het gebouw.

In de lengterichting is het gebouw opgedeeld in drie zones: de zones aan beide lange zijden bieden maximale flexibiliteit door de onafgebroken overspanning van twaalf meter en de royale verdiepingshoogte van vier meter. Tussen deze zones in bevindt zich een centrale hal van zeventien meter breed met meerdere getrapte niveaus. Deze hal vormt het ruimtelijke en functionele centrum van het instituut.

Structuur
Het vloerplan van het gebouw is een rechthoek van 82,2 bij 40,8 meter. Beide secties van twee verdiepingen zijn langs de lange zijde ondersteund door een reeks stalen kolommen. Aan de buitengevel staan rechthoekige kolommen op 1,80 meter van elkaar, terwijl de ronde kolommen binnenin het gebouw op tweemaal deze afstand van elkaar staan.

Prefab betonnen kanaalplaten, 32 centimeter dik, vormen het plafond. Op deze platen is een betonnen druklaag en een afwerkvloer aangebracht en dit overspant twaalf meter.

Stabiliteit
Vier trappenhuizen, geplaatst in paren aan weerszijden van het gebouw, geven stabiliteit aan het gebouw in beide richtingen. Deze stabiliteitskernen bestaan uit gelaste rechthoekige profielen (kolommen en stabiliteitsschoren) en THQ (top hat Q-beam) balken. De verdiepingsvloer en dakvloer verzorgen de schijfwerking en dragen de horizontale belasting over op de stabiliteitskernen.

Ontwerp van de kolommen
De gevelkolommen zijn 200/100 millimeter rechthoekige stalen kokerprofielen. Deze zijn met name ontworpen om de verticale belasting te dragen met geringe vervorming. Bepaald is dat de maximale doorbuiging van de profielen onder windbelasting niet groter is dan l/1000 om te voorkomen dat het glas zal breken. De vereiste brandwerendheid is bepalend geweest voor de huidige dikte van de profielen van 12,5 millimeter. De gevelkolommen aan de korte gevels van het gebouw zijn twee keer zo lang als de andere kolommen. Om de vereiste stijfheid te halen onder windbelasting zijn de afmetingen van de profielen 250/150 millimeter. De wanddikte van de ronde kolommen is zestien millimeter en wordt eveneens bepaald om de doorbuiging te beperken onder de excentrische belasting van de kanaalplaten.

Het shed-dak en de overhangende glazen dakrand
De centrale open ruimte is overdekt door een shed-dak (zaagtand vormig dak) met een overspanning van bijna zeventien meter. De ondoorzichtige schuine dakdelen zijn bekleed met trapeziumvormige staalplaten en verstevigd met platte stalen banden. Het verticale deel is voorzien van glas en is ontworpen als een vierendeel ligger. De vierdendeel liggers zijn opgebouwd uit rechthoekige kokerprofiel van 150/250 millimeter.

De oriëntatie van de glazen overkapping is aangepast aan de positie van de zon: aan de zuid en west zijden (de zonzijden) zijn de uitkragende liggers drie meter lang, terwijl deze aan de andere zijden slechts anderhalve meter lang zijn. De glazen panelen rusten op 12 mm T-vormige stalen profielen. De stabiliteit wordt verzorgd door de T-profielen onderling te koppelen met een ronde buis van 50 mm doorsnede en diagonalen van spankabels.